1929 – … : Eric Claerhout

 1929 – … : Eric Claerhout

Eric zoekt, in reactie op zijn vervroegd stopgezette humaniora, meerdere studierichtingen op. In eerste instantie volgt hij colleges binnen de kandidatuur Kunstgeschiedenis te Gent. Het tweede jaar zelfs in combinatie met zijn dienstplicht waarbij hij dagelijks van 19u tot 21u de rekruten met een filmprojectie mag entertainen. Aansluitend ­volgen 4 jaar voordrachtkunst die in 1954 bekroond worden met een laureaatstitel aan het Conservatorium. Gelijktijdig volgt hij er ook de richting bewegingsleer en toneel. Dat het les volgen Eric bevalt, illustreren ook de 7 jaar “tekenen naar pleister en levend model”, die hij in avondonderwijs aan het St.-Lucas volgt gedurende zijn gehele studiecarrière. Nochtans is het de ­bewegingsleer of de “studie van het lichaam in de ruimte”, die hem op een bijzondere manier het ruimtelijke inzicht bijbrengt voor zijn latere fotografie.

In 1950 gaat Eric zijn vader, die na de oorlogsjaren verhuisd was naar Gent, bijstaan in de zaak. Reeds het jaar daarop runt Eric de zaak zelf en kan Abel Claerhout de studio in Deinze opnieuw opstarten. Van bij de start staat bij Eric de portretfotografie centraal in het ­aanbod. Vele “prominenten” uit de wereld van de ­cultuur, magistratuur, politiek en wetenschap worden er “vereeuwigd”.

Ook de traditie in ansichtkaartenfotografie zet zich verder van grootvader over vader tot zoon. Aan meerdere “platenboeken” over de Leie, de Schelde en de Noordzee wordt medewerking verleend. Typisch aan zijn ­beginperiode zijn de filmreportages van huwelijks- en jubileumgebeurtenissen bij de begoede klasse. Het begin en einde van deze films worden, dankzij ­zelfontworpen table-top constructies, met extra beelden geanimeerd.

Het hoogtepunt uit deze periode blijkt evenwel de wereld­tentoonstelling EXPO ’58 waarbij Eric de opdracht krijgt te
werken als huisfotograaf voor het Paviljoen van de H.Stoel, Civitas Dei (Vatikaanstad). Hierdoor bevinden zich meerdere fotoalbums ­(uitgevoerd in leder en gouddruk) met inliggende tekstzetting in de archieven van Vaticaanstad, het Belgisch Vorstenhuis, het Prinsdom Monaco, enz.

Na de wereldtentoonstelling volgen een reeks industriële en documentaire filmtoepassingen als cameraman voor opdrachtgevers als ACEC, Rectavit, EBES, de bouwsector, Rijksuniversiteit Gent, … tot en met een bekroning op het ­filmfestival van Budapest en een opdracht als cameraman bij een kortfilm.

Begin 1960 beslist Eric om zich vooral de reclamefotografie, die mede door de EXPO was aangezwengeld, eigen te maken.
Door voor andere publiciteitsbureaus te hebben gewerkt, weet hij precies hoe brochures, folders, logo’s, vouwbladen, ­kalenders, enz. moeten ontworpen worden. Het grootste klantenpotentieel komt initieel uit de meubel­industrie, waar door de omvang van de voorwerpen zowat alles op locatie dient te worden gefotografeerd.

Om die reden wisselt Studio Claerhout-De Backer (echtgenote Gilberte de Backer) in 1970 de Clementinalaan voor een ­nieuwbouwwoning met studio op de Sint-Denijslaan nr. 96.

De uitbouw van een kunstlichtstudio (150 m²) met een ­rondwand van 8 meter en met ruimte voor verticale fotografie, stimuleert ook de opdrachtgevers. Meerdere stedelijke musea (o.a. de Gentse) worden vast cliënteel. De nieuwe studio wordt exclusief voor specifieke publicitaire doeleinden gebruikt en vormt de feitelijke springplank.

De belangstelling voor het lesgeven komt, na een eerste ­ervaring aan het IMOV te Gent, ook bij Eric opzetten.
Van 1962 tot 1993 doceert hij meerdere cursussen fotografie, filmtechniek en beeldcompositie aan het HRITCS (Hoger Rijksinstituut voor Toneel & Cultuurspreiding, het huidige RITS) te Brussel. Over de periode van 1955 tot 2001 ­presenteert hij een 14-tal éénmanstentoonstellingen naast meerdere deelnames aan groepstentoonstellingen over het hele land. Tientallen keren wordt hij aangezocht als jurylid in de Vaste Raad van het Hoger Onderwijs, in het klassieke ­onderwijs en bij fotowedstrijden.

Heeft u een vraag of wenst u bijkomende informatie?